Tekst: Sam de Vlieger

In verschillende landen proberen rechtse politici academische vrijheden in te perken en rechtstatelijke en democratische principes te negeren. Universiteiten in de Verenigde Staten ondervinden wat het betekent om tegen de ideologie van de macht in te gaan en ook in ons eigen land voeren conservatieve groeperingen gerichte aanvallen uit op het onderwijs. De politiek dringt steeds verder het onderwijs binnen. In dit licht is het interessant om je af te vragen hoe montessorischolen zich (moeten) verhouden tot de veranderende politieke context. Om deze vraag te onderzoeken verken ik in dit artikel de verhouding van Maria Montessori tot het fascistische regime van Benedito Mussolini.

In de jaren twintig van de vorige eeuw keerde Maria Montessori, inmiddels een internationaal gerenommeerd pedagoog, terug naar haar geboorteland Italië. Op dat moment was Benito Mussolini aan de macht, met zijn fascistische regime. Montessori koos ervoor samen te werken met de nieuwe machthebbers: haar onderwijsmethode werd uitgerold en ze ontving financiële steun van de regering. Voor velen is dit nog steeds een ongemakkelijke en moeilijk te begrijpen keuze. Hoe kon een feministe, vredesactiviste en pleitbezorger van kindervrijheid samenwerken met een gewelddadig, fascistisch regime?

Naïviteit of strategie

Een eerste verklaring is dat Montessori aanvankelijk de ware aard van het fascistische regime onderschatte. Christine Quarfood1, Zweeds onderzoeker van de universiteit Van Gotenburg, stelde in 2017 dat Montessori vooral kansen zag: het regime investeerde veel in onderwijs en Maria Montessori, idealistisch als ze was, geloofde dat via onderwijs een ‘nieuwe mens’ kon worden gevormd – een gedachte die aansloot bij het fascistische ideaal van de maakbare burger. Quarfood schrijft dat Montessori ‘duidelijk verkeerd interpreteerde waar Mussolini voor stond.’ Dit was ook mogelijk, schrijft ze, omdat Italië ‘in de eerste tien jaar van het fascisme, hoewel oorlogszuchtig in zijn ideologie, nog geen oorlogvoerend land was.’ Quarfood concludeert dat Maria Montessori’s samenwerking met het regime vooral het gevolg was van haar gebrek aan politiek inzicht.

De Amerikaanse historica Erica Moretti gaf in 2021 een andere verklaring, in haar boek The best weapon for peace2. In haar optiek was Montessori niet naïef over het fascistische regime, omdat dat moeilijk valt te rijmen met haar intelligentie en politieke inspanningen voor en tijdens het fascistisch bewind in Italië. Volgens Moretti doet die verklaring ook geen recht aan de keuzes waar zij voor stond: ‘Het vooruitzicht om de kinderen van haar geboorteland direct te kunnen helpen, de aantrekkingskracht van een terugkeer naar Italië en eindelijk erkenning voor haar werk, en de belofte van financiering om haar onderzoek voort te zetten, dreven de onderwijzeres en haar zoon ertoe om Il Duce om steun te vragen, althans voor een tijdje.’ Moretti stelt dat Montessori, als scherp politiek waarnemer, zich juist zeer bewust was van het politieke klimaat in Italië. In haar vroege jaren had ze al actief deelgenomen aan feministische en pacifistische bewegingen. Ze ging de straat op voor vrouwenrechten, vrede in Afrika en schreef brieven aan invloedrijke figuren (waaronder de paus) om steun te verkrijgen voor het oprichten van een organisatie die zich in zou zetten voor getraumatiseerde kinderen, na de Eerste Wereldoorlog.

Breed uitdragen

Volgens Moretti evolueerden de politieke strategieën van Montessori door de jaren heen. Om oorlog te voorkomen moest er een drastische maatschappelijke verandering plaatsvinden, meende Montessori, die met de oude middelen van de pacifistische beweging niet bereikt kon worden, alleen met een nieuw onderwijsmodel. Volgens Montessori was onderwijs uiteindelijk het beste wapen voor vrede. Ze hoopte binnen het nieuwe politieke landschap van Mussolini haar eigen onderwijsideeën uit te kunnen voeren.

Tijdens de samenwerking met het fascistische bewind betekende dat dat ze zich ervan weerhield om zich openlijk uit te spreken voor de vredesbeweging. Maar, schrijft Moretti, ook tijdens de samenwerking met het fascistische bewind bleef Montessori betrokken bij de wereldwijde vredesbeweging. Ze sprak zelf niet openlijk op internationale bijeenkomsten, maar stuurde wel haar medewerkers om zo op de hoogte te blijven. Haar samenwerking met het regime was dus geenszins het gevolg van naïviteit maar van een diepgewortelde wens om een ​​methodologie te verspreiden waarvan zij dacht dat die uiteindelijk een drastische maatschappelijke verandering teweeg zou brengen. Om haar ideeën op grote schaal te kunnen verspreiden, moest ze meer invloed verwerven – zelfs binnen een autoritair systeem. Ze was zich daarbij terdege van bewust dat haar internationale faam aantrekkelijk was voor het fascistische regime, schrijft Moretti. Mussolini en zijn onderwijsminister Giovanni Gentile zagen in haar methode een manier om Italië internationaal op de kaart te zetten én het binnenlandse onderwijs te moderniseren.

Vertrek uit Italië

Dat neemt niet weg dat de spanning tussen Montessori’s pedagogiek en het fascistisch gedachtegoed bleef bestaan. Haar inzet voor de wereldwijde vredesbeweging stond ook haaks op het nationalistische karakter van het regime. Aan het eind van de jaren 20 wilde het regime het fascistische karakter van het onderwijs versterken, wat betekende dat het meer controle over de montessori-instituten eiste. Montessori ging zich in die jaren dan ook steeds meer distantiëren van het regime en zich weer openlijk uitspreken voor de wereldwijde vredesbeweging. Dit leidde uiteindelijk tot het vertrek van Montessori uit Italië. En toen Montessori zich begon te distantiëren van het regime, schrijft Moretti, vroeg men zich binnen het regime af of er überhaupt montessori onderwijs mogelijk was zonder de dottoressa. Oftewel, montessorionderwijs zonder de politieke idealen van Maria Montessori.

Om deze vraag te beantwoorden is het interessant om na te gaan of en zo ja in hoeverre Montessori haar methode heeft aangepast aan het fascistisch gedachtegoed. Gedurende Montessori’s leven zijn er verschillende edities van De methode verschenen. In de editie die in de jaren twintig verscheen, paste Montessori bepaalde onderdelen aan die niet zouden worden geaccepteerd door pedagogen en katholieke denkers van die tijd. Toen het regime probeerde het fascistische en montessori onderwijs te integreren, leidde dat dan ook tot een onvermijdelijke botsing tussen het pluralistische vredesideaal in de montessoripedagogiek en het opofferingsideaal van het fascisme.

Maria Montessori en Mussolini.
Montessori en politiek

Dat ook dit minder eenduidig is dan het lijkt, had de Nederlandse onderzoeker Hélène Leenders al duidelijk gemaakt in haar proefschrift Montessori en fascistisch Italië3 uit 2001. Leenders stelde juist dat de open, methodische structuur van de montessorimethode ruimte liet voor ideologische herinterpretatie. Doordat Montessori zich vooral richtte op hoe het kind moest worden gevormd, liet ze de vraag waartoe grotendeels open. Daardoor kon zelfs een versie van ‘fascistisch montessori onderwijs’ ontstaan, meende zij. Volgens Leenders bood de methode onvoldoende bescherming tegen ideologische manipulatie.

Volgens Hélène Leenders biedt de montessorimethode onvoldoende garanties en is het nodig om de methode ideologisch in te vullen om beter weerstand te kunnen bieden in politiek turbulente tijden. Volgens Erica Moretti daarentegen is de montessorimethode fundamenteel gericht op het vormen van een pluralistische samenleving. In deze optiek zouden montessorischolen juist door hun methodiek tegen autoritaire en nationalistische politieke tendensen ingaan. De pedagogische taak van de montessoridocent zou daarmee ook een politieke taak zijn.

Bronnen:
1. https://www.gu.se/en/news/research-sheds-light-on-montessoris-collaboration-with-mussolini (2017)
2. Moretti, Erica (2021). Maria Montessori, Education, and Children’s Rights (George L. Mosse Series in the History of European Culture, Sexuality, and Ideas)
3. Leenders, Hélène (2001). Der Fall Montessori: die Geschichte einer reformpädagogischen Erziehungskonzeption im italienischen Faschismus